Parel van De Langstraat: Schoenenkwartier

| Toby van Dijk

Het schoenenmuseum in Waalwijk is terug van weggeweest! En op wat voor plek. De westvleugel van het rijksmonumentale Krophollercomplex in hartje Langstraat is het nieuwe thuis van het schoenenmuseum. Een nieuwe plek kwam ook met een nieuwe naam: Het Schoenenkwartier.

Na een korte wandeling kom ik aan op het Raadhuisplein waar het Schoenenkwartier is gevestigd. Op het plein word ik verwelkomd door het gerinkel van de klokken van het Raadshuis en het opspattende water van de fontein. Om mij heen kijkend naar het imposante Krophollercomplex loop ik de entree van het Schoenenkwartier binnen. De vriendelijke mevrouw achter de balie heet mij welkom. Ik vertel haar dat ik kom voor Toontje Smink met wie ik vandaag een gesprek heb.

Toontje komt er al aan, en we schudden elkaar de hand. ‘’Ga lekker zitten, wat wil je drinken?’’, vraag ze. Voor haar is dit natuurlijk allemaal heel normaal, maar ik moet toch wat om mezelf heen kijken. In het midden van de grote hal staat een lange bar met aan de rechterkant de winkel en aan de andere kant het café. Daar nemen wij samen plaats.

Het gebouw heeft nogal wat indruk op mij gemaakt, daarom vraag ik Toontje om hier wat meer over te vertellen. ‘’We zitten hier in het Krophollercomplex’’, zegt ze. ‘’Het is gebouwd in 1931-1932 door de gerenommeerde architect Alexander Kropholler en staat bekend om de warmrode gevelstenen, die allemaal met de hand zijn gevormd’’. Het gebouw trekt veel bekijks door (inter)nationale architecten. ‘’Kijk, daar heb je weer zo’n groep’’, merkt Toontje op terwijl we erover aan het praten zijn. Inderdaad, in de entreehal zie ik een groep mannen het plafond bekijken. Je zal het niet verwachten voor een gebouw van bijna 100 jaar, maar het is ook supermodern. Dat zit hem in de klimaatvriendelijkheid. Toontje vertelt dat er een groot aantal zonnepanelen op het dak ligt, dat er een warmtepomp is en er gebruik is gemaakt van duurzame bouwmaterialen. Dat blijkt uit de lange bar die is gemaakt van het duurzame materiaal hennepbeton.

Jaren geleden bevond het schoenenmuseum zich op een andere locatie in Waalwijk. Daar draaide het om de productie van de schoen, nu heeft het nieuwe museum een andere weg ingeslagen. In het Schoenenkwartier gaat het naast het rijke verleden van de leer- en schoenenindustrie ook meer om de toekomst van de schoen. Zo dient het museum ook als werkplaats, studiecentrum en laboratorium om ruimte te geven aan innovatie. ‘’We werken samen met verschillende onderwijsinstellingen, schoenontwerpers en kunstenaars’’ , zegt Toontje, ‘’deze groepen kunnen gebruikmaken van ons professionele Maaklab’’. Het is een geweldige toevoeging op de beleving van de bezoeker, omdat je met eigen ogen de makers bezig kunt zien. Nu hoef je als bezoeker ook zeker niet alleen toe te kijken. ‘’We bieden ook allerlei workshops aan van ‘tassen maken' tot ‘sneakers mozaïeken’. Het zijn laagdrempelige workshops en te combineren met een museumbezoek’’, vertelt Toontje. Op de website kan er makkelijk worden aangemeld voor de workshops.

In het café zitten we te keuvelen over het Schoenenkwartier. Maar eigenlijk sta ik te poppelen om te beginnen aan de rondleiding die Toontje mij heeft beloofd. Vandaag is ze gelegenheidsgids, normaal laat ze dit graag over aan de échte gidsen. ‘’Ik heb in de korte tijd dat ik het werkzaam ben, al veel kennis opgedaan, maar voor alle details moet je echt een gids boeken’’, zegt ze. Ik kom erachter dat er nogal wat thematische rondleiding zijn te boeken. Zo heb je een algemene rondleiding, maar ook over verschillende thema’s: architectuur, geschiedenis en techniek. Waarvan de laatste twee worden gedaan door gidsen met een verleden in de leer- en schoenindustrie die je in geuren en kleuren allerlei verhalen over vroeger vertellen.

De laatste slok van mijn koffie betekent ook gelijk een begin van onze ronde door het museum. Na een paar stappen lopen van de tafel lopen we een werkplaats binnen. In gebouw is het niet heel druk, dus ik sta ervan te kijken dat hier toch twee mensen aan het werk zijn. Aan weerskanten staan een hoop machines, waarvoor ze worden gebruikt, geen enkel idee. Een van de twee in de werkplaats staat achter een pannetje. Waarom staat hij hier een eitje te koken?, dacht ik in mezelf, maar mijn aanname blijkt verkeerd. Het blijkt Daan te zijn, een student die hier werkt met de cuir bouilli leerbewerkingstechniek. In het pannetje kookt hij geen eieren, maar leer. Bij deze techniek wordt het leer verhit, waardoor het flexibele leer wordt omgezet in een zeer hard en waterafstotend materiaal. ‘’Hier, moet je maar eens voelen’’, zegt Toontje. Nou ja, het is inderdaad kei hard. Deze techniek is mond-tot-mond overgebracht en stamt al uit de late middeleeuwen en heeft vandaag de dag een tweede leven gekregen. Het werd bijvoorbeeld toegepast in de film Wonder Woman en in de hitserie Game of Thrones. En van 7 oktober 2023 tot 31 maart 2024 staat het Schoenenkwartier in het teken van deze leerbewerkingstechniek met de expositie: De Magie van Cuir Bouilli: van harnas tot haute couture.

Van de cuir bouilli lopen we naar de machines uit vervlogen tijden. We wanen onszelf in een fabriek. Het proces wordt hier van begin tot eind vertelt aan de hand van de machines. Het begint met de machines om het leer te looien. ‘’Sommige machines werken zelfs’’, zegt Toontje. ‘’Dit kan ik zelf niet, maar dat doen de gidsen tijdens de rondleidingen’’. Van het leerbewerkingsproces komen we aan bij het maken van de schoen. ‘’Weet je uit hoeveel delen een schoen bestaat?’’, vraagt Toontje aan mij. Ik heb geen idee. Ze laat een scherm zien waar je kunt in- en uitzoomen. Eerst zie je dus de schoen en als je uitzoomt zie je de schoen met al zijn delen. Waanzinnig. Een schoen is tegenwoordig zo vanzelfsprekend, dat je niet meer beseft wat voor proces erachter zit. In het Schoenenkwartier word je daar wel bewust van. ‘’Het bestaat wel uit meer dan 220 onderdelen” hoor ik van Toontje. Ik ben onder de indruk van het aantal machines die dat men in die tijd gebruikte voor het produceren van een schoen. Dan komen we bij een zwikmachine. De, op het oog normaal lijkende, machine blijkt een revolutionaire uitvinding geweest te zijn. ‘’Door de uitvinding van de zwikmachine kon de productie van 50 schoenen naar 350 paar schoenen worden opgevoerd. En dat in hetzelfde tijdsbestek”, vertelt Toontje. Tot op de dag van vandaag wordt dit apparaat, dat komt uit de late 19e eeuw, nog steeds gebruikt. We zetten onze wandeling door het proces van de schoen door tot dat we bij de hak aankomen. ‘’Dit is het laatste onderdeel van de schoen’’, zegt Toontje. ‘’Nu gaan we een verdieping omhoog, waar ‘het verhaal van De Langstraat’ wordt verteld’’.

De lange gang waar we doorheen lopen is een tijdmachine. De geschiedenis van de Langstraat, dat vanaf ongeveer 1850 het centrum van de leer- en schoenindustrie was, wordt in verschillende tijdvakken getoond. We komen aan in het tijdvak 1850-1900 getiteld ‘De Langstraat op stoom’, en het daaropvolgende heet ‘Hoge hoeden – platte petten’. Maar de meeste indruk maakt op mij het nagemaakte schoenenwinkeltje met de vintage reclameborden van uiteenlopende merken als Swift, Vredestein en Bata. Op een van de borden lees ik: ‘’Swift - de schoen voor elk seizoen’’. Het was een van de laatste kamertjes voordat deze ‘tijdmachine’ ons weer terugbrengt naar het heden. Na een rondje door het Kenniscentrum, dat bestaat uit een bibliotheek en auditorium, lopen we de trap op naar de tweede verdieping.

We passeren direct na de trap de expositie 'Cutting Edges' die na deze week plaats zal maken voor de expositie over cuir bouilli. De exposities volgen elkaar op, waardoor het museum dynamisch blijft. Na hier even rond te hebben gekeken, begeven we ons naar de vaste tentoonstelling waar schoen en identiteit aan elkaar worden gekoppeld. We komen in een ruimte met gedimd licht – anders tast het licht de schoenen te veel aan - met tentoongestelde schoenen in vitrines waarop bijvoorbeeld rituelen, sport en werk staat geschreven. In een van de vitrines zie ik naast smokkelschoenen ook crocs staan, die – wat leerde ik daar – veel worden gedragen door ziekenhuismedewerkers. Het gedimde licht maakt plaats voor een strak witte ruimte. Dat mag ook wel, want hier staan schoenen die gezien mogen worden. Hier staan de echte fancy designerschoenen, het zijn schoenen die zijn gebruikt op de catwalk. Er staat van alles, van schoenen met stekels tot een laars met vleugels. Je kan het zo gek niet bedenken. ‘’Kijk, hier heb je een film’’, zegt Toontje. Samen staan we grinnikend te kijken hoe modellen met onmogelijke schoenen op de catwalk struikelen. En het leuke van dat filmpje is dat sommige van de schoenen getoond worden in het museum. Met bewondering sta ik naar de vitrines te kijken. Maar het blijft voor mij bij kijken, want zelf zou ik toch niet zo’n schoen aantrekken.

We dalen weer af naar de entreehal waar we elkaar gedag zeggen. ‘’Kijk nog maar rustig even rond als je wilt’’, zegt Toontje. Van dat aanbod zal ik zeker nog even gebruikmaken. Ik bedank Toontje voor het leuke en informatieve gesprek en duik nog even het museum in!

Wist je dat…

…er in het ‘Maaklab’ ook gebruik wordt gemaakt van 3D-printing om de leest van de schoen te produceren?

…onlangs het Schoenenkwartier te zien is geweest in het TV-programma 'Nu te zien'? 

…er in het Schoenenkwartier ook een winkel is met een ruim aanbod aan onderhoudsartikelen voor leer en schoenen, boeken en cadeauartikelen?

…het Schoenenkwartier een leuke interactieve speurtocht heeft voor kinderen?

 

Klik hier voor meer informatie over het Schoenenkwartier.

 

Blijf op de hoogte van alle nieuwtjes!

In De Langstraat is van alles te zien en te beleven. Lees hierover in ons inspiratiemagazine.

Het magazine is gratis verkrijgbaar bij tal van gastvrijheidslocaties in de regio en onze TIP's.

Schrijf je onder aan de pagina in voor onze nieuwsbrief en volg ons op Facebook en Instagram.